Een blik op morgen
Een blik op morgen
De verzekeringssector zet in op duurzaamheid en preventie
Dubbelinterview met Etienne Bouas-Laurent, ondervoorzitter van Assuralia en CEO van AXA Belgium en Jill Peeters die als klimaatexpert en weervrouw betrokken is bij verschillende internationale projecten rond klimaatverandering.
Een boeiend gesprek.
Sustainability, of duurzaamheid, is allesbehalve een buzzword en vindt steeds meer ingang in de verzekeringssector, die zich goed bewust is van zijn maatschappelijke rol: een rol die met de opkomst van systemische risico’s als cyberrisico’s, overstromingen en droogte essentiëler is dan ooit. Van de producten die ze op de markt brengt tot de geïnvesteerde voorzieningen: de verzekering van morgen stemt haar werking af op de maatschappelijke uitdagingen. Volgens het Global Risk Report 2022, een publicatie van het Wereld Economisch Forum, houden de langetermijnrisico’s verband met het klimaat terwijl de bezorgdheden op korte termijn uitgaan naar problemen van sociale ongelijkheid en geestelijke gezondheid. Ter gelegenheid van de publicatie van zijn jaarverslag interviewde Assuralia twee toonaangevende persoonlijkheden over de werkmethoden en toekomstige uitdagingen op het vlak van verzekeringen en milieuvriendelijkheid. Een dubbelinterview met Etienne Bouas-Laurent, ondervoorzitter van Assuralia en CEO van AXA Belgium, en Jill Peeters, die als klimaatexpert en weervrouw betrokken is bij diverse internationale projecten rond klimaatverandering. Gesprek.
Is ‘duurzaamheid’ slechts een buzzword, greenwashing voor ondernemingen, of maakt het meer en meer deel uit van hun DNA?
Jill Peeters: Het zit toch steeds meer in het DNA van ondernemingen. Recent heb ik een sustainability leadership program aan de KU Leuven met 25 ondernemers en sustainability managers opgestart. De opleiding is ontstaan uit de vele vragen van ondernemers zelf. Er is zoveel informatie maar ook zeer veel desinformatie... ondernemers zoeken handvatten hierin. Ik erger mij wel aan het woord duurzaamheid: het zal te vaak gebruikt worden in de zin van ‘dingen niet teveel veranderen dan kunnen ze blijven duren’, terwijl duurzaamheid voor mij net het vinden van de harmonie betekent tussen de kracht van de natuur en de kracht van ondernemen. Er is ook greenwashing maar ik merk meer en meer authenticiteit bij de ondernemers die echt en oprecht op zoek zijn naar antwoorden en positieve impact. Drijfveer is vaak een persoonlijk engagement, het besef dat ze een grote hefboom in handen hebben. Een tweede markteconomische reden is het HR-verhaal, er is immers een grote war on talent, je mag geen vuil bedrijf meer zijn.

Etienne Bouas-Laurent
Ondervoorzitter van Assuralia en CEO van AXA Belgium
Preventie is een essentieel wapen dat we zo vaak mogelijk moeten inzetten. De voorwaarden om een economisch systeem te handhaven dat op de lange termijn houdbaar is, steunt op drie pijlers: gedrag, preventie en publiek-private samenwerking.
Etienne Bouas-Laurent, vanuit uw ervaring, hoe is deze kwestie de afgelopen jaren geëvolueerd? Is ze een prioriteit op de agenda van de verzekeringsondernemingen?
Etienne Bouas-Laurent: Mag ik alvast beginnen met een vaststelling: tijdens de voorbije 20 jaar zijn de schadekosten door natuurrampen sneller gestegen dan het wereldwijde bnp. Met een versnelling gedurende de laatste drie jaar hebben we het dan over een tweecijferige groei. Om een idee te geven van de gevolgen en kosten voor de hele maatschappij: dat vertegenwoordigt bijna 250 miljard euro aan schade in 2021. De overstromingen in Europa alleen al hebben 45 miljard euro gekost. Ze hebben België in het bijzonder getroffen, zoals we weten, met een kostenplaatje van enkele miljarden euro’s. Het is dus duidelijk dat rekening houden met de klimaatverandering een prioriteit geworden is. Vandaag zijn de vragen over de realiteit van deze opwarming veel minder talrijk dan die over de oplossingen om er iets aan te doen.
Ik begrijp dus, Jill, dat ondernemers van u willen horen welke rol zij kunnen spelen, hoe ze echt in actie kunnen komen en meer doen dan een politiek correcte façade ophouden. Ik deel uw diagnose volledig, en ook uw begeestering voor dit thema.
JP: Zijn in de cijfers over de impact van deze natuurrampen ook de gevolgen op gezondheidsvlak opgenomen?
EB-L: Deze cijfers betreffen uitsluitend de natuurrampen, dat wil zeggen de kosten voor het herstellen van de schade, of die nu verzekerd was of niet. Dat zijn gebeurtenissen met een enorme impact die gevolgen hebben op ecologisch, economisch, sociaal en politiek vlak. We zijn vandaag getuige van een bewustwording bij alle stakeholders, waaronder het bedrijfsleven en de politiek.
Op politiek vlak is er een nieuwe Europese regelgeving in de maak inzake de ‘non financial disclosures’ (transparantie in de niet-financiële rapportering). Dat concept, dat nog wat vaag kan lijken, wordt steeds concreter, met een taxonomie die elke term zal verduidelijken en met de vastlegging van nieuwe KPI’s (kritieke prestatie-indicatoren). De niet-financiële rapportering zal net als de financiële rapportering essentieel worden en deel gaan uitmaken van de criteria die financiële beleggers hanteren om de duurzaamheid van ondernemingen te beoordelen. Deze nieuwe regelgeving geldt voor de banken en de verzekeringsondernemingen, die een belangrijke verantwoordelijkheid dragen in de strijd tegen de klimaatverandering.
Wat mijn persoonlijke pad betreft, in juli jongstleden nam ik de functie van CEO van AXA Belgium op. Twee weken later werd Wallonië door de overstromingen getroffen. Een totaal onverwachte gebeurtenis met dramatische gevolgen. Een ramp van die aard dat de analyse van de schade en de uitkering van de schadevergoedingen nog niet rond zijn. Dat zal nog enkele maanden duren. Deze ramp is een graadmeter van de impact die klimaatgebeurtenissen op ons land kunnen hebben

Jill benadrukt het belang van menselijk kapitaal. We stonden net stil bij de gevolgen van schade door natuurrampen. Welke inspanningen worden er geleverd om duurzaamheid een plaats te geven in de dagelijkse verzekeringspraktijk?
EB-L: Wat de rol betreft die verzekeraars concreet kunnen opnemen om bij te dragen tot verbeteringen op milieu- en klimaatvlak, ligt de sleutel bij de noodzaak om als sector eendrachtig op te treden. En ik geloof dat Assuralia als federatie van de Belgische verzekeraars een essentiële rol te spelen heeft. Daarbij zie ik drie grote actiegebieden.
Ten eerste dragen we als verzekeringsondernemingen, die premies van klanten innen en beheren, een verantwoordelijkheid bij de keuze van onze investeringen. We kunnen de voorkeur geven aan ondernemingen die deelnemen aan verdienstelijke programma’s inzake CO2-uitstoot, en ondernemingen die het spel niet meespelen uitsluiten. Het gaat hier om een beweging die zich progressief voltrekt, want men moet rekening houden met de economische en politieke realiteit. Maar al gebeurt ze gradueel, deze beweging is niet meer ongedaan te maken.
Ten tweede laten we als onderschrijvers van risico’s vervuilende industrieën steeds vaker links liggen. Net als voor onze investeringen zullen we hierbij stapsgewijs dezelfde benadering hanteren om onze klanten een sterk signaal te geven, met de boodschap: ‘Let op, als u niet in een proces bent gestapt dat gericht is op beperking van de CO2-uitstoot, zullen we u niet langer kunnen verzekeren’. Een individuele verzekeraar zou dit standpunt moeilijk kunnen innemen. Als daarentegen een hele sector zich achter deze visie schaart, zullen we echte resultaten boeken.
Het derde actiegebied behelst het voorbeeldige gedrag van de verzekeringsondernemingen zelf in hun operationele werking: hun mobiliteitsbeleid, of het nu om reizen of voertuigenparken gaat, hun vastgoedbeheer en hun digitale consumptie en papierconsumptie.
Het is duidelijk dat succes van het collectief afhangt en niet van actie op individueel niveau. Toch blijft er zich een polarisatie in de opinies manifesteren: overtuigden versus sceptici, zij die ‘omhoog kijken’ en de anderen, om even te verwijzen naar de succesvolle Netflix-film ‘Don’t look up’. Hoe krijgen we alle violen gestemd rond deze gemeenschappelijke zaak?
JP: Er is een sterke lobby vanuit de fossiele wereld die veel misinformatie heeft verspreid. Niet alle mensen worden op dezelfde manier geïnformeerd en daar maak ik mij zorgen om want zo’n polarisering vertraagt zeer erg het proces van verandering. De media spelen daar een zeer belangrijke rol in, ze heeft nog altijd het idee dat iedereen aan bod moet komen. Op zich een goed principe maar een wederwoord moet wel een beetje verstandig zijn. Een kleine groep krijgt een zeer grote luidspreker die niet in verhouding is met wat we wetenschappelijk kunnen onderbouwen.
In het huidig model van ‘likes’ & ‘clicks’ kom je langetermijnvisie niet vaak tegen. In tegenstelling tot wat ik zie bij ondernemers, er is natuurlijk vaak een Raad van Bestuur waar verantwoording aan moet afgelegd worden maar heel vaak heb je bij ondernemingen vaak de mogelijkheid om een visie en richting te bepalen voor de volgende 20/30 jaar. En dat is iets dat ontbreekt in politiek en media.
Ik merk alleszins dat het voor mij nog moeilijker geworden is om over klimaat te spreken dan een paar jaren geleden. Moeilijker omdat een grote groep mensen zich al meteen wegdraait als het over klimaat gaat. Een grote groep mensen beschouwt wetenschap als een opinie en dat is zeer lastig. Als je niet meer kan spreken vanuit wetenschap of de wetenschappelijke manier van denken gaat het moeilijk worden.
De bevindingen zijn er, met concrete cijfers, maar wanneer het gaat om internationale samenwerking moeten we vaststellen dat de ondernemingen op lange termijn denken terwijl de politiek met de korte termijn voor ogen handelt en beslist. Denk bijvoorbeeld aan wat COP 26 opgeleverd heeft...
JP: Ik ben een grote fan van de totstandkoming van het akkoord van Parijs. Terwijl de politici nog aan het werken waren aan het akkoord werden er reeds allianties gesloten tussen bedrijven. De economie en ecologie gingen hand in hand en de politiek is hierin gevolgd. Verzekeraars hebben hierin een zeer belangrijke rol gespeeld. Anderzijds begrijp ik dat mensen hun geloof wat zijn kwijtgeraakt in internationale klimaattoppen. Het is de circus rond zo’n cop die uiteraard de publieke opinie kleurt. Maar vergeet niet dat er geen enkel onderwerp in de wereld is waar bijna 200 landen het over eens zijn, buiten klimaat. Zelf voor armoede slagen we daar niet in. Het verdrag van Parijs gaat niet het klimaat redden maar het is het enige internationale framework dat bestaat. Hoe we dat gaan invullen staat niet helemaal vast en dat is een grote zwakte maar ik ben ervan overtuigd dat het wel gaat gebeuren. Ondernemingen en zeker ook verzekeringsmaatschappijen nemen hier de lead in.
Het laatste klimaatrapport van het klimaatpanel van de VN leert ons dat we ons moeten voorbereiden voor het onvoorstelbare... de ontsporing en verstoring van het klimaat is een feit. Dus hoe kan je je voorbereiden op dat onvoorstelbare? Voor verzekeringsmaatschappijen lijkt me dit de grootste uitdaging, nietwaar Etienne?
De verzekeringssector heeft een zeer belangrijke maatschappelijke rol. Hoe kan de sector in een dergelijke context zijn functie in de maatschappij blijven uitoefenen, gelet op de grote onzekerheid die heerst en die dimensie van ‘onvoorstelbaarheid’ die Jill aanhaalt?
EB-L: Om te beginnen: waarom zegt men dat de verzekering maatschappelijk een belangrijke rol speelt? Omdat de verzekering het individu beschermt dankzij het principe van de onderlinge verdeling. Dat begrip is de kern van het verzekeringsberoep.
In België hebben we het geluk dat de natuurrampwaarborgen opgenomen zijn in de brandpolissen, zodat een groot aantal mensen deze bescherming kan genieten (dat is niet het geval in alle landen, elders is deze waarborg soms optioneel). Hierdoor werd de rol van de verzekering versterkt. Wanneer er zich natuurrampen voordoen, zijn de verzekeraars in staat om zowel de verzoeken van de klanten als de expertises en de schadevergoedingen te beheren. Dat is een zeer belangrijke logistieke rol. Toch treedt er een probleem op zodra de kosten van een natuurramp een bepaalde drempel overschrijden, namelijk wanneer een te groot aantal natuurlijke personen en rechtspersonen tegelijkertijd wordt getroffen. Dan spreken we van een systemisch risico. Op dat moment grijpen de overheden in om de verzekeraars te ondersteunen. Zonder die tussenkomst zouden verzekeraars noch hun solvabiliteit kunnen vrijwaren, noch hun beschermende rol kunnen blijven vervullen. In België zouden we baat hebben bij een verduidelijking van de voorwaarden voor de tussenkomst van de regering(en) of Gewesten. Dat ervaren we nu door de ondervonden moeilijkheden met de overstromingen in Wallonië. Assuralia en de federale en gewestelijke overheden buigen zich momenteel samen over de opzet van een nieuwe publiek-private samenwerking die werkt, zoals we die ook in sommige buurlanden zien.
Ook op preventievlak is er nog ruimte voor verbetering. Kijken we alleen naar de brandpolissen, dan zijn twee soorten grote risico’s actueel: overstromingen en droogte. Op het vlak van overstromingen valt er vooruitgang te boeken met de opstelling van een nauwkeurige cartografie van overstromingsgebieden, en vervolgens aanbevelingen in het kader van de bouwvergunningen. Hetzelfde preventiebeginsel is toepasbaar om de droogteproblematiek en haar gevolgen te ondervangen, in het bijzonder op kleigronden die uitzetten en inkrimpen onder invloed van meteorologische omstandigheden. Een meer vooruitstrevende aanpak is dus zeker mogelijk. Beide voorbeelden tonen aan dat preventie een belangrijke aangelegenheid is voor de verzekering. Ik denk dan niet alleen aan natuurrampen, maar bijvoorbeeld ook aan preventie in het verkeer.
Welke rol is daarbij weggelegd voor de wetgever, vindt u?
EB-L: Als ik het heb over het vastleggen van normen, dan heb ik het over regelgeving, en regelgeving opstellen doen de verzekeringsondernemingen niet alleen. Dat moet samen met de wetgever en de regering gebeuren.
Kunnen de gegevens waarover verzekeraars beschikken bijdragen tot de uitwerking van oplossingen?
EB-L: Vast en zeker! We beschikken over steeds meer gegevens en weten deze steeds beter te benutten. Op het gebied van meteorologische voorspellingen en de gevolgen van natuurrampen worden de analyses alsmaar performanter. Dat draagt niet alleen bij tot betere preventie maar meteen ook tot de ontwikkeling van inclusieve verzekeringen zoals de parametrische verzekering. Formules die vooral in landbouwlanden en opkomende markten worden ontwikkeld, waar schade niet op basis van een schadeaangifte en een expertise wordt vergoed, maar op basis van de windkracht of hydrometriegraad.
JP: Ik verwijs naar jullie vraag over de regeringen en denk aan de gebeurtenissen van vorige zomer en de grote verantwoordelijkheid van de regering. Zoals jullie zeggen, het is totaal niet duidelijk, het is complex. Wie, welke verantwoordelijkheden? En dat heeft ertoe bijgedragen dat het zo’n drama geworden is. De weersomstandigheden waren voorspelbaar. Drie dagen vooraf zagen we het al aankomen. Maar het gaat om verantwoordelijkheden. Het KMI is verantwoordelijk voor weers- en regenvoorspellingen, maar overstromingen aankondigen is niet zijn taak. Na de regenval ligt de verantwoordelijkheid elders en spelen er federale of gewestelijke bevoegdheden. Waarom heeft men die drie dagen niet benut om mensen in veiligheid te brengen? Ook vandaag nog laaien de emoties hoog op. Men plaatst zich niet in de schoenen van de burger. Ik vind dat hallucinant.
Afgezien van de noodzaak om de preventie te versterken en publiek-private samenwerkingen op te zetten ... hoe kan men de verzekeringstarieven voor iedereen betaalbaar houden, ondanks de gevolgen van de klimaatverandering?
EB-L: Alles wat bijdraagt tot de bescherming van het beginsel van de onderlinge risicoverdeling via de verzekering zal het mogelijk maken om de verzekeringstarieven te optimaliseren. Nu is het zo dat de klimaatverandering niet onveranderlijk is, en we dragen een collectieve verantwoordelijkheid (natuurlijke personen, rechtspersonen, regeringen) om corrigerende maatregelen te treffen.

Jill Peeters
Klimaatexpert en voormalig weervrouw
Ik erger mij wel aan het woord duurzaamheid: het zal te vaak gebruikt worden in de zin van ‘dingen niet teveel veranderen dan kunnen ze blijven duren’, terwijl duurzaamheid voor mij net het vinden van de harmonie betekent tussen de kracht van de natuur en de kracht van ondernemen. Er is ook greenwashing maar ik merk meer en meer authenticiteit bij de ondernemers die echt en oprecht op zoek zijn naar antwoorden en positieve impact.
JP: Naast de dekking van natuurrampen via de brandpolis zijn er ook de gezondheidsverzekeringen die we allemaal hebben. Namen jullie al waar dat de klimaatverandering ook op mentaal vlak zijn tol eist? Gezondheidsonderzoeken tonen de mentale belasting aan waaronder mensen door de huidige gezondheidscrisis gebukt gaan. Doen ook natuurrampen de nood aan psychologische zorg toenemen? Werken jullie rond deze problematiek?
EB-L: Mentaal welzijn werd geïdentificeerd als een belangrijke maatschappelijke uitdaging, al hebben we voorlopig nog geen verband vastgesteld tussen mentaal welzijn en de klimaatverandering. Ik ben het met jullie eens wanneer jullie de enorme stress door de klimaatverandering ter sprake brengen, vooral voor de toekomstige generaties. De jongeren van vandaag kampen met een stress die mijn generatie nooit gekend heeft.
Mentaal welzijn is een heuse uitdaging en een moeilijk thema waar de gezondheidsverzekeraars aandacht voor hebben. En nog los van de gezondheidsverzekering bieden ondernemingen steeds vaker psychologische begeleiding aan. Wat bijzonder moeilijk is, is potentiële ‘gebruikers’ tot het inzicht brengen dat zij nood aan begeleiding kunnen hebben. Om hen bij te staan zijn wij voorstander van een algemeen ondersteuningsaanbod (met onder meer logistieke diensten) dat het aanknopen van een dialoog mogelijk maakt.
Daarnaast zetten we in op het aanmoedigen van een evenwichtige levensstijl, waar ook het psychisch welzijn wel bij vaart. Dat kan bijvoorbeeld gaan over voeding of het vinden van een goed evenwicht tussen werk en privéleven. Een kant-en-klare oplossing bieden we niet, wel reiken we goede praktijken aan, wat erg goed werkt wanneer de medewerker begrijpt dat hij uiteindelijk zijn lot in handen houdt.
JP: Uit een recente studie bleek dat er na de ramp in Fukushima driemaal zo vaak dementie optreedt bij 65-plussers dan voordien. De impact was gigantisch. We zien dat dergelijke crisissen meetbare gevolgen hebben. De kosten ervan op gezondheidsvlak zijn enorm. Het is zonder twijfel een uitdaging voor Assuralia om dergelijke gevolgen in kaart te brengen en zo een richting aan te geven in het gezondheidsdomein. We zien het ook in Wallonië. De omvang van de materiële schade kennen we, maar de psychologische schade van dit drama houdt aan.
EB-L: Ik reisde half juli naar Wallonië, naar de door het drama getroffen plaatsen en had er werkelijk het gevoel in een naoorlogs landschap te zijn beland: geen elektriciteit, verwoeste winkels, kampvuren, bijeengeveegd puin langs de wegen, de aanwezigheid van het leger.
JP: We zullen dergelijke situaties vaker meemaken. Zoals u al zei, Etienne, is het de jonge generatie die met angst leeft en geen toekomst ziet. Ik denk dat dergelijke kosten belangrijker zullen worden dan de verzekeringen die infrastructuur en materiële schade dekken.

Etienne Bouas-Laurent
Ondervoorzitter van Assuralia en CEO van AXA Belgium
De onderlinge verdeling moet steek houden, men moet het verzekerbare kunnen vinden en becijferen, om vervolgens te voorzien in een systeem dat preventie en een publiek-private dekking omvat.
Wat is de sleutel tot succes om de toekomstige duurzaamheidsuitdagingen aan te gaan? En welke actie gaan jullie persoonlijk ondernemen en willen jullie delen als inspiratiebron?
JP: De grootste uitdaging voor dit jaar en de komende jaren is een verhaal schrijven dat ons allemaal bindt. Ik heb sterk geijverd op internationaal niveau en leg me nu toe op ons land, om van hieruit actie te voeren en mensen te motiveren. Want de mensen beseffen niet dat we naar een duurzame wereld evolueren. Er heerst inderdaad nog veel wantrouwen en scepticisme. Persoonlijk zal ik nog meer mijn verantwoordelijkheid nemen om het brede publiek voor deze zaak te winnen, al heb ik de absolute waarheid niet in pacht en wil ik mensen niet dwingen om mij te volgen. Ik zou me dit jaar ook willen toeleggen op een band met iets ‘niet-menselijks’. Wat dat precies zal inhouden, weet ik nog niet. Het zou een dier of een boom kunnen zijn. Een aanrader wat dit betreft is de Netflix-documentaire ‘My octopus teacher’. Het zal voor mij een echte uitdaging zijn om dit waar te maken en dat zou me nog meer sterken in het belang van het feit dat wij, als mens, deel uitmaken van de natuur. Zo zijn we een deel van het probleem, maar ook een deel van de oplossing.
EB-L: Het succes van onze acties berust op de eendracht van de verzekeraars rond Assuralia met behulp van ambitieuze doelstellingen. Op het vlak van beleggingen en contractsluitingen moet iedereen mee de kar trekken. En er zijn initiatieven van een aantal Europese groepen rond het concept ‘Net-Zero Alliance’ dat een echte inspiratiebron is voor de sector.
Verder zijn er de doelstellingen die van onze medewerkers afhangen. Zo hebben de duurzaamheidsdoelstellingen bij AXA bijvoorbeeld een effect op het loon. De opleiding over de klimaatuitdagingen die aan de 3.000 Belgische medewerkers van de onderneming werd gegeven en naar honderden scholen werd verspreid, maakt hier deel van uit. Het gaat om een grondige opleiding die het principe van de klimaatopwarming toelicht, sensibiliseert over wat er op het spel staat en vooral bewustmaakt over de rol die eenieder kan spelen.
Is het mogelijk dat de verzekeringen er anders gaan uitzien door de uitdagingen die ons te wachten staan? Kunnen er nieuwe verzekeringen bijkomen als antwoord op nieuwe risico’s en nieuwe behoeften?
EB-L: Wat de komst van nieuwe risico’s betreft, denk ik buiten natuurrampen aan cyberrisico’s en pandemieën. Fenomenen die vragen oproepen over het type van mogelijke nieuwe dekkingen in het aanbod. Hun impact op de klassieke verzekeringsovereenkomsten valt niet te ontkennen. Hoe dan ook, een magische oplossing is er niet, want het gaat om opkomende systemische risico’s. En zo zijn we weer aanbeland bij de noodzaak om blijvende oplossingen te vinden die berusten op de mechanismen die ik al heb vermeld: een onderlinge verdeling die steek houdt, becijferbare risico’s en een systeem dat zowel preventie als een publiek-private dekking omvat. Maar met de nieuwe risico’s spreekt het vanzelf dat we een toename zouden moeten zien in wat verzekerbaar is.
De verzekering moet net als de maatschappij, de economie, de politiek en de wetenschap met haar tijd meegaan.