EU & SUSTAINABILITY
Een uitgebreide Europese regelgeving inzake verzekeringen
De Europese autoriteiten maken verder werk van hun intentie om de niet-financiële informatie te normeren. Duurzaamheids- en technische normen, de rapportering van de niet-financiële informatie, productinformatie... Allemaal thema's die hun stempel hebben gedrukt op het jaar 2021 van de verzekeringssector. De strategie voor duurzame financiering krijgt vaart.
Aanpassingen aan Solvency II, een boek met veel hoofdstukken
Aan de Solvency II-richtlijn, de Europese richtlijn die een geharmoniseerd Europees toezichtraamwerk voor (her)verzekeraars beoogt, worden een aantal belangrijke aanpassingen aangekondigd die op sectorniveau nauwkeurig worden opgevolgd in 2022. Wijzigingen kondigen zich aan voor verschillende elementen, waaronder een aantal kapitaalsvereisten, de risicovrije rentecurve voor de berekening van de technische voorzieningen, de risicomarge, en de publieke rapportering. Bijzondere aandacht zal volgend jaar gaan naar de aanpassing van de uitgebreide Solvency II-rapportering die bestemd is voor de toezichthouder. Er wordt verwacht dat de rapporteringsvereisten sneller zullen worden aangepast om rekening te houden met de nieuwe informatienoden, bijvoorbeeld op het vlak van het cyberrisico en duurzaamheid. Verder zal het overleg over de voorgestelde richtlijn met herstel- en resolutiemaatregelen voor verzekeringsondernemingen aandachtig worden gevolgd. Er wordt verwacht dat de Europese Commissie hiervoor een bindende regelgeving zal uitwerken in de loop van volgend jaar. Tenslotte worden ook op nationaal vlak diverse wijzigingen aan het wettelijke kader verwacht, de relatief nieuwe prudentiële regels worden aan een grondige herwerking onderworpen. Volgens de regelgever wordt met deze revisie eerder een evolutie dan een revolutie van de vereisten beoogd. In de praktijk staan de verzekeringsondernemingen belangrijke wijzigingen aan hun systemen en processen te wachten.
Duurzaamheid (SFDR en CSRD), de moeizame uitvoering van de Europese wil
De datum 10 maart 2021 staat voortaan in de Europese annalen van de sector gegrift. Toen trad namelijk het regelgevende kader in werking dat transparantie oplegt bij de informatieverschaffing over duurzaamheid in de financiële sector. De verordening in kwestie betreft weliswaar alleen de ‘basis’-normen en -verplichtingen, maar vormt onmiskenbaar de hoeksteen voor alle komende technische reguleringsnormen in verband met de openbaarmaking van duurzaamheidsinformatie, of die nu betrekking heeft op een verzekeringsproduct of op de verzekeringsmaatschappij zelf.
De Europese Commissie maakte al gewag van haar moeilijkheden om zich te houden aan de initieel opgestelde kalender en stelde de toepassing van de technische reguleringsnormen voor de tweede maal uit, tot 1 januari 2023. Toch benadrukt zij het belang om vanaf vandaag al blijk te geven van goede wil bij de uitvoering van deze verordening.
Op Europees niveau worden er in het eerste deel van 2022 richtsnoeren verwacht, evenals een vraag-en-antwoorddocument. Ook op nationaal niveau wordt er uitgekeken – meer bepaald door de controleautoriteiten – naar specificaties voor de tenuitvoerlegging van deze verplichtingen.
Verder herzag de Commissie de richtlijn inzake de rapportering van niet-financiële informatie wat duurzaamheid betreft en publiceerde ze al een gedelegeerde handeling over de transparantie van ondernemingen in de niet-financiële staten, rechtstreeks gekoppeld aan de Europese taxonomie. Op het niveau van de Europese medewetgever lopen de besprekingen verder en wordt de goedkeuring van de tekst tegen midden 2022 verwacht. Ondertussen begon de European Financial Reporting Advisory Group te werken aan een eerste reeks ontwerpen van verslaggevingsstandaarden inzake duurzame ontwikkeling. Het is de bedoeling om deze tegen het tweede semester van 2022 aan de Europese medewetgever voor te leggen. De ambitie is onbetwistbaar dat 2022 een ‘groen’ jaar voor de sector wordt.
IDD-MiFID, een harmonisering die haaks staat op het gezond verstand?
De herziening van de richtlijnen MiFID en IDD te baat nemend, heeft de Europese Commissie de wens geuit om de regels omtrent de distributie van beleggingsproducten maximaal te harmoniseren tussen alle stakeholders. Een dergelijke harmonisering zou productvergelijkingen alsook het producttoezicht kunnen vereenvoudigen. Om dat te verwezenlijken wil de Commissie deze twee richtlijnen herzien door middel van een zogenoemde ‘omnibusrichtlijn’ die beide richtlijnen tegelijkertijd zou wijzigen vóór eind 2022.
De verzekeringssector ontwaart hier enkele potentiële voordelen, vooral op het vlak van de analyse van de klantenbehoeften, digitalisering en productcomplexiteit. Maar deze herziening roept ook een zekere vrees op. De gevolgen van een harmonisering zouden namelijk grote distributiestoringen en aanzienlijke kosten voor de sector met zich kunnen meebrengen, en dit nog zonder rekening te houden met de eigenheden van de verzekeringsmarkt die de banken niet kennen en waar MiFID geen oog voor heeft.
Het lijdt dan ook geen twijfel dat de sector de verdere besprekingen op Europees niveau dit jaar met veel aandacht zal volgen.
PRIIP’s, een verhaal zonder einde?
Ondanks aandringen van de verzekeringssector om geen wijzigingen door te voeren zonder voorafgaande grondige denkoefening, kwam er een tussentijdse wijzigingsprocedure voor de technische normen om de aanzwellende kritiek op de inhoud van sommige secties van het essentiële-informatiedocument te ondervangen. De wijzigingen in kwestie zullen in de verordening zelf worden ingevoegd, meer bepaald in de luiken gewijd aan de prestatiescenario’s, de kostenindicatoren en de voorstelling van de historische rendementen.
Eind 2021 heeft de Commissie overigens de werkzaamheden voor de herziening van deze verordening aangevat. De sector zal zich opwerpen als behoeder van de specificiteit van de verzekeringsproducten, zodat die niet teloorgaat in het bochtenwerk van een nu al omstreden regelgeving. Men houdt vooral rekening met het aanzienlijke risico dat de nieuwe PRIIP’s-verplichtingen gebaseerd worden op het voor fondsenbeheerders gehanteerde model, ten nadele van de verzekeringsproducten met een beleggingscomponent (IBIP’s).
De Data Act, gegevens ten dienste van de economie
In 2022 zal de Europese Commissie een datawet voorstellen die de toegang tot en het gebruik van data door ondernemingen moet waarborgen, alsook de data-uitwisseling tussen ondernemingen en overheden. Een centrale kwestie in deze nieuwe regelgeving is de toegang tot door voertuigen gegenereerde gegevens, die vandaag in het bezit van de fabrikanten zijn.
Om innovatieve diensten te kunnen aanbieden, pleiten de verzekeraars voor een regelgeving die hun een rechtstreekse, eenvoudige en onafhankelijke toegang tot deze gegevens verschaft. De doeleinden waarvoor ondernemingen hun gegevens met de publieke sector zouden moeten delen, liggen nog niet vast. De sector belooft zijn maatschappelijke rol ter harte te nemen bij extreme situaties zoals overstromingen, maar het delen van schadegegevens of andere gegevens moet in een vrijwillig kader blijven gebeuren. De toekomstige datawet moet parallel worden gezien met het raamwerk voor open finance dat eind 2022 zal worden voorgesteld en dat de krijtlijnen zal uitzetten voor een specifieke wetgeving betreffende het delen van verzekeringsgegevens, open insurance genoemd. Tot slot maakt de Commissie werk van de creatie van gemeenschappelijke ruimten die naast gegevensdeling ook innovatie, transparantie en een meer geïntegreerde markt moeten bevorderen. Hoe die nieuwe, op data toegespitste samenleving eruit zal zien en het concurrentiespeelveld zal beïnvloeden, moet nog concreet worden ingevuld.